Cult

Recensie: Eén op één met Armin van Buuren

28-09-2010 14:00

Samen met bijvoorbeeld Tiësto, Within Tempation en André Rieu is Armin van Buuren een van de bekendste Nederlandse artiesten in het buitenland. De trance-dj uit Leiden heeft zich inmiddels ontwikkeld tot een artiest voor wie mensen tot over de hele wereld in de rij staan. Voor eenieder die een wenkbrauw optrekt bij het horen van de termen Armin van Buuren, trance en dj, en niets begrijpt of weet van de wondere wereld van trance: vreest niet. Er is een heus boek over de dj verschenen, en zo kunnen niet enkel fans, maar ook onwetenden een kijkje in de wereld van Van Buuren nemen.

Schrijver Coen Bom, die met Eén op één het ongebaande pad van de tranceboeken betreedt, volgt de Leidenaar een jaar lang over de hele wereld. Die term kunt u gerust letterlijk nemen: zo bezoekt Armin in een jaar bijvoorbeeld Mexico, de Verenigde Arabische Emiraten, Spanje en Polen, en daarmee is de lijst nog niet ten einde. Bom zit op de eerste rij en kijkt mee over de schouder van een van Nederlands populairste dj’s.

Niet-literair
Bom (familie van de Vakantieman?) trapt af in augustus 2007 in Londen, waar Armin van Buuren (geboren in 1976) voor het eerst in zijn carrière wordt uitgeroepen tot de nummer één dj van de wereld. Een grote prijs, die, zo zal gedurende het boek blijken, een hoop werk en druk met zich meebrengt. Bom, die Armin in een Haagse club liet draaien toen de dj nog onbekend was, volgt alles van nabij op deze avond, en die instelling zal naarmate het boek vordert niet veranderen. De journalist reist mee in vliegtuigen en auto’s, ziet Armin van dichtbij optreden en praat veel met Armin. Bom schrijft vlot, maar niet al te literair: naar een mooie metafoor of gegoochel met stijl en structuur is het tevergeefs zoeken. Het boek poogt ook niet literair te zijn: de gebeurtenissen worden op papier gezet en daar moet de lezer het mee doen. Het eerste literaire boek over trance laat derhalve nog op zich wachten.

Bom strooit met details: de vader en moeder van Armin zijn voor de uitreiking speciaal naar Londen afgereisd, maar pa Van Buuren valt door ziekte prompt in slaap en ronkt vrolijk door de dj-set heen die zijn zoon na de uitreiking afspeelt. En zo zit het boek vol feitjes. Armin is in 2002 afgestudeerd in rechten aan de Universiteit van Leiden, met als specialisatie muziek en internet. In zijn vrije tijd luistert de dj graag naar The Orb en kijkt hij naar cabaret of The Knight Rider. Af en toe drinkt hij een ‘wodkaatje’ voor de set en hij is wars van drugs. Als jonge jongen investeerde Armin al in apparatuur en platen, en nadat hij Ben Liebrand had geïnterviewd, mocht hij een poos diens studio gebruiken. Armin heeft al jaren een relatie met de Nederlandse Erika. Zijn broer Eller speelt gitaar en mocht al vaker met Armin optreden. Armin is gesteld op zijn familie, en dat is nog zwak uitgedrukt. Ooit wilde hij een serie optredens afzeggen omdat hij de verjaardag van zijn vader dreigde te missen. Na enige argumenten van zijn management ging de dj met frisse tegenzin toch maar door met draaien.

Naarmate het met foto’s gelardeerde boek vordert, komen ook mensen uit Armins directe omgeving aan het woord. Deze stukken zijn niet al te boeiend, temeer daar mensen uit zijn management niet al te veel inzicht geven in het leven van Armin, maar vooral uit hun eigen ervaringen putten. Interessanter zijn de stukken waarin Bom met Van Buuren meereist naar allerhande landen. Het stramien is opvallend vaak hetzelfde: Armin vliegt, komt rond etenstijd aan, eet wat, en gaat, omdat zijn sets vaak belachelijk laat beginnen, vervolgens een hazenslaapje doen. Dan is het time to play.

Dolenthousiast
Vrijwel overal is men dolenthousiast over de (vaak melodische, soms zelfgeproduceerde) trance die Van Buuren draait en zingt men de teksten moeiteloos mee. Na afloop (Armin krijgt energie van de trancemuziek en is meestal klaarwakker als zijn set ten einde is) deelt Armin handtekeningen uit en probeert te slapen. Tussen alle reizen door neemt Armin bovendien de tijd om aan zijn album Imagine te werken. Slopend, maar de muziek sleept hem vaak door de dagen en de sets heen. Overal is het weer anders. In Dubai moet Armin in een hotel draaien: het is in de VAE de enige plek waar men alcohol kan schenken. In Mexico-Stad is het publiek door het dolle heen, de mensen zijn er enthousiaster dan in Nederland, waar Armin op Koninginnedag optreedt. Het publiek in Polen is helemaal gek van trance en aldus beleeft Armin er een geweldige dag, alhoewel het vervoer niet goed geregeld blijkt te zijn. Er gaat sowieso af en toe wat mis tijdens alle reizen, optredens en overnachtingen, maar het dieptepunt is wel dat in België de stroom uitvalt. Armin, die zichzelf in het boek omschrijft als control freak, wordt behoorlijk kwaad en moet zes lange minuten wachten tot de elektriciteit weer wordt ingeschakeld.

Zoals gezegd boekte de schrijver Armin ooit voor een optreden, en Bom lijkt Armin te waarderen. Daar is weinig mis mee: het is in de muziekjournalistiek ongetwijfeld niet gemakkelijk om iemand te vinden die én van een bepaalde muziektak wat weet én daarin totaal onbevooroordeeld is. Het is echter wel jammer dat Bom niet al te vaak diepe gesprekken aangaat, al te kritische vragen stelt of Armin prikkelt: de schrijver gedraagt zich bepaald niet als een Jelle Brandt Corstius of Adriaan van Dis. Daarbij komt dat Bom, ondanks zijn kennis van de trancewereld, te vaak kleine foutjes maakt (Markus Schultz in plaats van Markus Schulz, de act Madagascar met de track Art Of Trance terwijl het andersom moet), en dat is toch storend.

Niettemin is het boek alleen al door de details en vlotte, niet al te moeilijke stijl boeiend voor trance-fans, maar ook best de moeite waard voor mensen die niets van Armin van Buuren of zijn muziek weten. Dat heeft Bom toch goed voor elkaar gekregen.