Een wijn en spijs kruiptocht door Delft

10-07-2014 13:02

Na mijn WijnSpijs-ontmaagding in Amsterdam –en nee, daar is geen rood licht bij komen kijken- is het nu aan Delft om een waardig opvolger te zijn. Let op: Delft. Dus niet Delleft of Delluft. Een doodzonde, volgens een totaal onbetrouwbare bron. Verder dan de associatie ‘blauw’ (iets met wereldberoemd aardewerk en een Zweedse woonhel) ben ik nooit gekomen bij deze stad. Tijd om nader kennis te maken met de liefdesbaby van Den Haag en Rotterdam. En hoe doen we dat? Met wijn en spijs natuurlijk!

De weergoden in Zuid-Holland zijn nogal schizofreen. Regen, zon, regen, zon. Dat betekent parapluutje uit, parapluutje in. Geen enkel probleem voor de getrainde WijnSpijs-wandelaar die ik inmiddels ben. Iets voor het middaguur, spoelt er een tsunami aan WS’ers (zo noem ik ons clubje lopers voor het gemak maar even) over de Delfste grachten. De Aziaten en nog halfdronken studenten die Delft normaal gesproken op een zondagmiddag bevolken, wrijven eens goed in hun spleetogen. Wat gebeurt hier nu?

Artusi

Excusi, kunt u mij de weg vertellen naar Artusi? Die verdomde Delfste grachtjes, hoe schattig ook, lijken allemaal op elkaar. En aangezien mijn kaartleeskwaliteiten gelijk staan aan die van een blinde padvinder zonder kompas, is de weg vinden in een vreemde stad altijd even een uitdaging. Maar niet gevreesd, mijn vriendin pakt resoluut het routekaartje in haar handen en leidt ons de rest van de dag feilloos naar alle culinaire spots. Vrouwen hebben toch geen richtingsgevoel?

Maar goed, we dwalen (nu enkel nog figuurlijk) af. Ontbijten deed ik met een perzikje, want honger is één van de vereisten voor een succesvolle WijnSpijs-wandeling. Acht gerechtjes vergen wel iets van de maagcapaciteit. En acht wijntjes ook, want aan halve glazen doen ze in Delft niet. De kalfstartaar bij Artusi is een perfecte starter. Het garnituur van rucola, parmezaan en truffel kan ook zo op een carpaccio. De geniale toevoeging is hazelnoot. Het aardse van de noten en truffel haalt de smaak van het vlees mooi op. De rode Noord-Italiaanse Pinot Nera (Noir voor de Franse purist) die we erbij drinken, complimenteert goed.

Zomaar een gesprekje in Artusi:
Serveerster 1:
“Waar is de chef?”
Serveerster 2:
“Die staat buiten te roken.”
Oplettende gast:
“Oh, vandaar die rooksmaak.”

Van der Dussen

Het eerste wat me opvalt is de collectie koperen pannetjes die bij het uitgifteluik van de open keuken staan. I love koperen pannetjes. Of de chef er ook echt mee kookt, of dat ze er puur voor de sier staan, blijft een mysterie. Niet zo mysterieus, maar wel ontzettend lekker, is de lichtgerookte zalm met begeleidende zuurtjes die op tafel komt. Voor mij de absolute topper van de dag, en dat bij het tweede adres al. Het bewijs dat gerookte zalm (uit de supermarkt) en gerookte zalm (bij Van der Dussen) twee heel verschillende dingen kunnen zijn.

Het binnenplaatsje, aangrenzend aan de open keuken, blijkt ineens een soort van Amsterdam Arena te zijn. Als het wederom dreigt te gaan regenen, gaat het schuifdak boven ons hoofd net op tijd dicht. Gelukkig maar, want de Argentijnse witte wijn willen we niet mengen met regenwater. Een stevig fris wijntje, dat het zure en zoute van het zalmgerecht in balans brengt. Blijkt Van der Dussen niet alleen het beste maaltje te hebben, maar ook de meest geslaagde WijnSpijs-combinatie. En ik ben niet eens omgekocht, mocht u dat gaan denken.

De lollige sommelier: “Voor u een Argentijnse wijn, om alvast een voorproefje te nemen op aanstaande woensdag (halve finale WK voetbal, red.). Ik wilde eigenlijk een Duitse wijn schenken, maar dat is misschien nog iets te voorbarig.”

Moodz

Van Van der Dussen naar Moodz is de langste wandeling van vandaag. En nog steeds zijn we niet veel langer dan tien minuten aan het lopen. Onderweg naar Moodz onderscheiden we de culinaire en de culturele WS’er. De culinaire wandelaar loopt gericht van restaurant naar restaurant en kan niet wachten op de volgende gang. Daar is prima een middag mee vol te maken, want het is maar net hoe snel je zo’n wijntje achterover tikt. De culturele wandelaar geniet echt wel van de wijnen en spijzen, maar stopt vooral ook bij ieder enigszins interessant aandoend plekje. Geen synagoge, kerk, moskee, naambordje en grassprietje is veilig voor deze cultureel onderlegde wandelaar. Mijn vriendin en ik genieten van het uitzicht om ons heen, maar vallen toch wel onder eerstgenoemde groep.

Bij Moodz komen we op dat gebied uitstekend aan onze trekken. Het terras kent een loungehoek, waar we gewillig in neerploffen. Japanse sushi eten, Zuid-Afrikaanse wijn drinken en Nederlandse mensen kijken; wat zijn we toch lekker multicultureel bezig. De tonijnsushi met lichte tempurakorst en zeewiersalade is naar behoren. Ik ben een sushiliefhebber, dus op dit gebied tegelijkertijd kritisch en snel tevreden. Van deze variant mogen er best nog een paar bordjes voorbij komen. Als we de serveerster van Moodz vragen of ze alleen maar Japans eten serveren, claimt ze vooral een Franse kaart te voeren. Dat dit een leugen is, blijkt wel als we gerechten als wakadori pancake, lemongrass chicken skewers en cheesecake op de menukaart tegenkomen. Toch is het meisje zo vriendelijk, dat we het haar ter plekke vergeven.

De Waag

Op weg naar De Waag concludeer ik dat het hondengehalte onder de WS’ers hoog is. Beesten en eten gaan voor mij absoluut niet samen, dus een beetje jammer is dat wel. Zeker als je van die mensen hebt -en dit heb ik letterlijk gehoord- die zeggen: “Mag mijn hondje ook mee naar binnen?”. Prima, zou je denken, ware het niet dat het om een of ander bakbeest met kwijl uit zijn mondhoeken gaat. Ik zal er mee moeten leren leven…

De Waag dus. Nadat we de middeleeuwse wenteltrap omhoog hebben genomen, krijgen we asperge, varkenslende, eidooier, dopgroenten en aardappeltruffelcrème voorgeschoteld. Knallen ze zo de top 3 van vandaag mee binnen. Lekker hoor. Leuke setting ook, op de eerste verdieping met uitzicht over een prachtig stukje Delft.

De Sjees

Van De Waag naar De Sjees is het tien meter lopen. En van De Sjees naar de laatste drie restaurants is het ook niet veel verder dan een meter of vijftig. Vanaf hier gaat de WijnSpijs-wandeling dus over in de WijnSpijs-kruiptocht. Bij De Sjees kunnen we lekker beschut buiten zitten. Maar goed ook, want de wind sjeest over het plein en door de kleine straatjes. Het kroketje met gekonfijte eend wordt enthousiast verorberd. Een kroket is altijd +1, deze variant is +1,5. Prima exemplaartje, op een stukje brioche en met een licht mosterdsausje. Moeilijker hoeft het niet te zijn.

De Sjees: Kroketje van geconfijte eend en truffel met brioche boterhammetje, pittige mosterdmayonaise en salade van cherrytomaat
WS’er tegen Sjees-serveerster:
“Gefeliciteerd met je zwangerschap!”
Sjees-serveerster tegen WS’er:
“Dank je! Mensen durven het nu pas echt te zeggen. Tot twee weken geleden dachten ze vooral dat ik flink was aangekomen.”
Le Mariage & Bistro de Pijpenla
Deze twee deelnemers behandel ik samen. Niet alleen omdat het buurtjes zijn, ook omdat de één voortkomt uit de ander. Een vaste special op het menu van De Pijpenla was Le Mariage, een proeverij van kleine gerechtjes. Zo populair, dat de eigenaar besloot om het naastgelegen pand er maar bij te kopen en het -hoe origineel- Le Mariage te dopen. Hoe ik dat allemaal weet zonder Google? Door de super-ADHD-serveerster bij De Pijpenla. Wat een topper! Vierhonderd man bedienen en aan het einde van de middag nog steeds even enthousiast je verhaal doen als aan het begin. Ik geef het u te doen.

Bistro de Pijpenla: Rilette van piepkuiken met een schuim van ananas

Waar de gesjeesde serveerster/quizmaster (misschien in de ochtenden nog een extra baantje bij De Sjees erbij nemen?) ons nog meer mee opzadelt, is een quizvraag: welk geheim ingrediënt zit er zowel in de wijn als in de kipcocktail? Mijn vriendin en ik komen er niet uit. Onze beste gok is oester (heel vreemd in een wijn natuurlijk…), maar het blijkt om limoen te gaan. Ach, natuurlijk. De cocktail van geplukt piepkuiken met ananas is klassiek. Net zoals het keukentje waar we bij binnenkomst voorbijlopen. Uit grootmoeders tijd, met grote potten en pannen op het vuur. Heerlijk!

Aan Le Mariage wil ik minder woorden vuilmaken. De kalfsbonbon met tonijntartaar is in principe een mooie combinatie. Ware het niet dat hij duidelijk al even klaarstaat en daardoor wat uitgedroogd is. Jammer. Ook de ‘chique’ inrichting is niet helemaal naar mijn smaak. Doe mij maar die lekkere kneuterig- en knusheid van de buurtjes.

’t Postkantoor

Aan de fietsen buiten, kan ik al inschatten hoe het er bij ’t Postkantoor binnen uitziet. En jawel hoor, hipster heaven is hier! Voordat we plaatsnemen, zet ik snel mijn ultragrote-bril-met-glazen-zonder-sterkte op, zo hoor ik er toch een beetje bij. Als ik mijn sarcasme even opzij zet, kan ik niet anders zeggen dan dat ’t Postkantoor een fijne plek is. Open haard, lekkere banken en stoelen, leuk terras en een prachtige ruimte. Bij het eten moet ik dan weer wel mijn sarcastische bril opzetten. Geitenkaas in iets van een eier-courgettepannenkoekje. Biologisch, puur, vega, glutenvrij? Vast wel, maar hoeveel hashtags je er ook voorzet, het gerechtje blijft droog en vlak van smaak.

Dat Delft meer is dan de Ikea en een Aziatentrekpleister, mogen we na deze wandeling wel concluderen. Van de acht deelnemende restaurants, zou ik er bij vier zo nog eens aanschuiven voor een ‘heel’ diner. Geen slechte score hoor, want op culinair vlak ben ik een verwend rotjong (verder ben ik best aardig hoor). En buiten de WS-zaken om, ben ik tijdens het lopen nog een hoop andere toffe horecaconcepten tegengekomen. Van een hartige taartenwinkel tot een hippe burgerbar en sushi-hangout. Lekker bezig Delft!

Tot 20 juli, lieve lezers. Als ik meeloop met de WS-wandeling in Rotterdam Veerhaven. Havenhorecamedewerkers, maak uw borst maar nat, want deze zuurpruim is hongeriger dan ooit!

Benieuwd naar foto’s van de gerechten? Klik hier!

Beeld: Shutterstock