Media & TV

Eten met Fred: het platte en primitieve Nederlandse televisie-aanbod

20-08-2014 16:22

Zat van de week in een Zeeuws strandtentje te lunchen met Fred, een Nederlandse vriend uit Australië. Hij is voor een maand over vanuit Sydney, zijn huidige woonplaats. Twintig jaar geleden verliet hij ons land, wegens werkzaamheden down under. Hij is er – na een indrukwekkende carrière bij een reus van een Amerikaanse beurscompany – nooit meer weggegaan. 

Fred is een gewone, gezonde Hollandse jongen gebleven, houdt er ondanks zijn verworven statuur geen hoogmoedige of elitaire denkbeelden op na. Na enkele weken Nederland was hem opgevallen hoe, na zijn emigratie, het aanbod op de Nederlandse televisie was veranderd. Plat en primitief, noemde Fred het. Vooral op “die commercial networks”, voegde hij eraan toe.

Mirror of civilisation

Ik onderdrukte stijlvol een geeuw. Ik word altijd moe van dat geleuter. Balorig repliceerde ik: “Net alsof de Aboriginals een toonbeeld van fijnbesnaardheid zijn”.
Maar, bedacht ik me, zou het de glijdende schaal zijn waarop ik mij onbewust bevind; hufterigheid immers alom hier, je raakt er aan gewend. Nee, de reden van mijn ignorantie moest zijn dat ik niet zo veel televisie kijk. (Hoewel mevrouw Stevens daar anders over denkt).

Fred was intussen niet meer te houden: “Als media de mirror of civilisation zijn, was het gebodene dan een demonstratie geweest van twee decennia vaderlandse vooruitgang? De nieuwe tussenstand van de Hollandse sociologische evolutie?”

Platvloerse Paul de Leeuw

Ik nam die middag de proef op de som, kocht een televisiegids, en schrok me inderdaad wezenloos bij het zien van alleen al de programmatitels: de vorige avond had Fred Mijn vieze, vette, vuile verloofde, vervolgens Zon, zuipen, ziekenhuis en ten slotte Piets weerbericht te verstouwen gekregen. Een eerdere avond bleek arme Fred vergast te zijn geweest op achtereenvolgens Ik heb het nog nooit gedaan, Het zal me een rotzorg zijn, Ranking the Stars (Fred: “Met die platvloerse Paul van Leeuw”) , Spuiten en slikken, Herman den Blijker, Roy Donders stylist van het zuiden en Bonje met de buren.

Fred, allang murw, werd ten slotte getrakteerd op Utopia, met daarin diffuus gefriemel aan geslachtsdelen als cliffhanger. Met open bek had hij alles gade geslagen, niet eens bij machte naar iets anders te switchen. Fred hing in de touwen. Kon niet anders.

Daags na de lunch belde ik hem. Nieuwe afspraak? Dat ging niet meer. Hij was al aan het pakken. Fred had namelijk besloten zijn verblijf in te korten en ondernam de terugvlucht een week eerder dan gepland. En ik? Ik ga bij Fred wonen.

 

Deze column werd eerder gepubliceerd in het Parool. Televisiemaker Jack Spijkerman stuurde als reactie dit boze opinie-artikel in.