The Portugal Post – Anti-vakantiespecial

12-07-2015 15:25

Ik haat vakantie, queridos amigos e amigas, maar dat hadden jelui al kunnen bevroeden. De laatste keer dat uw eigenste hoofdredacteur van de onvolprezen The Portugal Post op vakantie ging, was (onder dwang) met papa en mama naar het helse gat Meliskerke op Walcheren, in het jaar onzes Heren 1973. Dat werd een rampspoed zonder weerga. Ik zal het meest saillante detail hier prijsgeven: op een onzalige zaterdagavond – het stormde en hagelde hetgeen in Zeeland heel normaal is in augustus – scheurde ik op mijn driewieler naar de grote stad Vlissingen, naar een vieze vunzige bar waar men Status Quo draaide en waar zich volgens de godvrezende boerenlullen uit Meliskerke veile vrouwen moesten bevinden die zo hard aan je plasser gingen trekken dat er ‘fut’ uit kwam. Gratis was dat niet maar met een sneeuwwitje (bier met 7Up) en een menthol-filtersigaret van het merk Belinda scheen je een heel eind te komen.

Een mobiel surrogaatvagijn/poepgat

Op de zolder van de vakantiewoning die mijn ouders huurden, had ik al flink geoefend op het rukken. Ik gebruikte daarvoor een met mayonaise van het merk Remia ingesmeerde wc-rol waarin ik in slaolie gedrenkte watten had gepropt zodat het een beetje op een klamme kut leek en als een lauwe anus aanvoelde. In feite was het dus geen rukken maar gewoon het mobiele surrogaatvagijn/poepgat hard heen en weer schuiven over de pielemuis. Op mijn pick-up van het legendarische merk Triotrac draaide ik tijdens het amateuristische maar sympathieke gefap onafgebroken het nummer Do you love me van Sharif Dean, de broer van de deze week overleden Sharif. Niet omdat ik daar geil van werd maar het was de zomerhit van 1973 en ik had geen andere singeltjes. Ja, Mieke en Vader Abraham met Zou het het erg zijn lieve opa, maar daar kon ik esthetisch gezien echt niet op rukken hoor.

Mama vond het maar wat raar, die hele zolder vol met watten en wc-rollen en bovendien begon het daar flink te meuren omdat de centrale verwarming onafgebroken stond te loeien. Ik zei tegen mama dat ik een levensgrote pop maakte van die rollen en dat ik die watten in behangerslijm had laten marineren en dat die proppen de hersens van mijn pop moesten worden. Ik noemde die pop de Golem, naar aanleiding van een jiddische film die ik in de cinematheek van Zoutelande had gezien met papa.

Twee headbangende besnorde brommertiepjes

Enfin, ik kwam er mee weg maar mama waarschuwde wel dat ik geen vlekken moest maken want ze had een borg betaald van 500 gulden of daaromtrent. Goed, ik dus door weer & wind naar Vlissingen. De hoeren waren er dus mooi niet, in die vieze stinkbar. Wel zaten er twee headbangende besnorde brommertiepjes (een liep op krukken vanwege polio) met van die leren vestjes waarop stickers van Status Quo en White Power waren geplakt. Die hebben mij toen afgetrokken voor vier sneeuwwitjes en een plukje van mijn Samson-shag. Ze wilden me ook nog neuken op het biljart maar ik zei dat ik daar nog te jong voor was. Mijn laatste bod was vijf gulden, met condoom, maar dat vonden ze te duur voor een ‘uitgewoonde puber met mondgeur, vet haar en een bek vol puisten’.

‘De natte wind die ik liet bleek helemaal geen wind te zijn’

Uiteindelijk verliet ik starnakel die kutbar en vrat ik in een belendende snackbar nog snel een berenlul speciaal for the road. Dat had ik beter niet kunnen doen want ik arriveerde twee uur later strontmisselijk bij de keurige vakantiewoning van papa en mama. Ik wist de sleutel nog net in het slot te proppen maar toen begon de ellende. De natte wind die ik liet bleek helemaal geen wind te zijn maar eerder een straal diarree die je wel eens uit een gierwagen ziet spuiten als ze een verstopte riolering leegpompen. Toen moest ik kotsen, dat kon er ook nog wel bij. Uiteindelijk wist ik mijzelf naar de zolderverdieping te slepen, niet wetende wat voor smerig stront&kotsspoor ik achterliet op de wollen traploper. Goed, de vakantie van mams was grondig verpest want die heeft een week moeten boenen al ging de lijkenlucht er niet meer uit. Als u mij niet gelooft, moet u maar eens naar de duplexwoning in de Dominee Johannes van de Poelstraat nummer 7 in Meliskerke fietsen, aanbellen en vragen of u even mag ruiken.

Goed, na deze voor moeder zo traumatische ervaring ben ik nooit meer op vakantie geweest.

Frans Timmermans en Aruba

Zo, nu wil het even met u over aartsleugenaar Frenske Timmermans en de Aruba-kwestie hebben. Om niet met de deur in huis te vallen, heb ik een leuke en persoonlijke antichambrerende Aruba-anekdote voor u. Omstreeks 1980 had ik met mijn jeugdvriend Ton (die een paar jaar geleden een einde aan zijn leven maakte, de vrede zij met hem) een enkele reis naar Aruba geboekt. Geen vakantie, gewoon emigratie. Ik vond Nederland toen al verworden tot een Sodom & Gomorra waarin iedereen maar steun trok en waar mijn zuivere arbeidsethos was vermorzeld door kommunistiese klaplopende punkkrakers. Enfin, we komen daar aan op Aruba en werden er meteen uitgepikt door de douane. Nou moet ik daarbij zeggen dat we allebei onze kop hadden kaalgeschoren en allebei exact hetzelfde lichtblauwe zomerkostuum van confectieketen HIJ droegen. We rolden stomdronken de vliegmasjien uit en staken meteen een sigaar op, hetgeen dus de aandacht trok van de douane.

‘Wat wij niet wisten, was dat wij als belangrijke leden van een internationale verdovende-drugsbende werden gezien’

Enfin, onze paspoorten werden ingenomen en we moesten ons elke dag melden bij mijnheer Jansen, de baas van de douane. Niks ‘bon bini’. Mijnheer Jansen was een neger van 2 meter en 200 kilo. In een benauwd hokje had hij op een schoolbord een stipje en een enorme cirkel getekend. Het stipje was Aruba, de cirkel Nederland. “Als al die mensen uit Nederland naar Aruba komen om te wonen, dat kan niet he. Omgekeerd kan natuurlijk wel.” U moet het Arubaanse accent er zelf bij denken, plus de rollende ogen die rood waren van de rum. Wat wij niet wisten, was dat wij als belangrijke leden van een internationale verdovendedrugsbende werden gezien. We sliepen – dat was althans het plan – bij ene Randolph, die ik nog kende uit de Bunker in Groningen, een Surinaams-Antilliaans cultuurcentrum onder een viaduct waar hoofdzakelijk heroïne en cocaïne werd gedeald. Vermoedelijk had de Noordelijke Narcoticabrigade belastende informatie gestuurd naar het DEA-filiaal in Oranjestad. Enfin, Randolph was niet zo gelukkig met onze komst en we hebben toen een voormalige slavenhut vol schorpioenen, ratelslangen en vleesetende leguanen gekraakt, hetgeen mijn warme steun voor Zwarte Piet Niet verklaart. Uiteindelijk zijn we na tien dagen op het vliegtuig gezet, tegen onze wil.

De rest is geschiedenis

Ik heb tijdens die nachtvlucht naar Amsterdam twee flessen rum leeggedronken van puur verdriet omdat ik immers een nieuw leven wilde beginnen op Aruba. Midden in de nacht moest ik projectielkotsen. Ik denk dat ik minimaal 20 mensen die voor mij zaten heb ondergesproeid. Dat was niet zo netjes van mij, en de stewardessen waren dan ook niet blij met me. We moesten nog vijf uur vliegen dus u kunt zich voorstellen hoe dat vliegtuig rook, op gegeven moment: als een beerput met vleugels. Op Schiphol flikkerde ik stomdronken op de bagageband en heb toen twee rondjes meegedraaid, tot de marechaussee mij hardhandig van de band trok. Toen besloot ik Arabisch en Hebreeuws te gaan studeren in Amsterdam, met Etnische Studies als bijvak want dat leverde 12 studiepunten op terwijl ik enkel maar wat lullige papertjes hoefde te schrijven over genderkwesties en racisme. De rest is geschiedenis.

Enfin, Pinokkio Timmermans dus

Een jaar geleden las ik dit in mijn digitale avondbode:

 

Venezuela heeft nooit gedreigd om Aruba binnen te vallen naar aanleiding van de arrestatie van het hoofd van de militaire inlichtingendienst Hugo Carvajal. Dat schrijft minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans (PvdA) in antwoord op vragen van D66-Kamerleden Sjoerd Sjoerdsma en Wassila Hachchi.”

 

Wie schetst mijn verbazing toen ik dít gisteren las in de luchtposteditie van het Algemeen Dagblad!

 

“Kort na de MH17-ramp vorig jaar zomer is Nederland bijna in een militair conflict geraakt met Venezuela. Het conflict draaide om de arrestatie van de hooggeplaatste Venezolaan Hugo Carvajal, het voormalige hoofd van de militaire inlichtingendienst, op verdenking van drugssmokkel. Hij werd op Aruba gearresteerd op verzoek van de Verenigde Staten, tot woede van Venezuela dat Nederland medeverantwoordelijk hield, zo schrijft het AD zaterdag. Volgens Venezuela was Carvajal diplomatiek onschendbaar. De regering in Caracas dreigde met oorlog en stuurde marineschepen naar de Arubaanse wateren. Frans Timmermans in het Algemeen Dagblad: ‘Ik heb toen eigenhandig een grootschalige oorlog tussen Nederland en Venezuela weten te voorkomen maar dat hoeft u niet op te schrijven hoor.”

Eigenhandig de Derde Wereldoorlog voorkomen

Wij weten allen dat Pinokkio Timmermans liegt zodra hij zijn roomse mond opent maar dit is wel heel erg schokkend. Ik denk dat het hem toch dwars zit, die diplomatieke canard van de eerste orde die de DEA en het Witte Huis zeker niet vergeten zijn, temeer omdat broekenpoepert Frenske de meest gezochte drugscrimineel van Latijns-Amerika zo maar vrijliet. Frenske heeft, om zijn blazoen te zuiveren, Rutte gebeld met dit volledige verzonnen verhaal waarin hij de held uithangt die eigenhandig de Derde Wereldoorlog wist te voorkomen.

Enfin, ik zal wel weer de enige zijn die zich hier over opwindt. En George Knight, leest u zijn uitstekende blog maar over de schandalige kwestie.

Goed, ik ga maar eens naar het strand van Albufeira, mopperen en schelden op vakantiegangers, in mijn driedelig kostuum plus stropdas en strooien hoed. Até logo, queridos amigos e amigas.