Recensie: Herman in een Bakje Geitenkwark – 2

21-12-2015 18:09

‘Herman in een Bakje Geitenkwark’ begon de tour vorige week in de Kleine Komedie in Amsterdam. Met hun tweede avondvullende voorstelling – met de voor de hand liggende titel 2 – laten Benny van der Bijl, Polle Vrienten, Rein Mulder en Rob Veugelaers zien dat humor vooral om te lachen is.De titel doet het al vermoeden: 2 is een niet al te ingewikkelde voorstelling, wat niet wil niet zeggen dat de humor van Herman in een Bakje Geitenkwark simpel is. Integendeel, deze vier jongens weten heel goed waar ze mee bezig zijn en weten op een bijna slapstickachtige manier humor terug te brengen tot de essentie.

Het is groen en het…

De voorstelling begint met de welbekende Kermit-moppen: “Het is groen en rond: Kermit de Knikker”. Al Kermit-moppentappend kleden ze het concept ‘mop’ langzaam uit. Want voor het vertellen van een mop dient iedereen zich aan de daar voor geldende conventies te houden. Als iemand je een raadseltje vertelt, geef je niet het antwoord, maar vraag je daarnaar. Anders is de grap weg. En door met deze conventies te spelen vallen de echte lachers dan ook niet bij de moppen zelf, maar daar waar de mop mislukt.

Timing is alles

Dat de jongens van Herman in een Bakje Geitenkwark weten wat ze doen blijkt uiteindelijk vooral uit hun weergaloze gevoel voor timing, en niet slechts door de goed geplaatste, of juist goed misplaatste, grappen. Ook de voorstelling als geheel heeft een fijn ritme, waarin de jongens in een sneltreinvaart een grote variatie aan sketches afwerken.

Maar dat timing alles is, is vooral terug te zien in de manier waarop de jongens op elkaar zijn ingespeeld. Het kwartet verwierf ooit landelijke bekendheid in een – inmiddels door iedereen weer vergeten – talentjacht op SBS6 als a capella zanggroep. En het is de combinatie van dat vocale vuurwerk en humor die Herman in een Bakje Geitenkwark een uitzonderlijk gezelschap maakt. Uiteraard in de prachtig gezongen liedjes, waarin de soms platte maar daarom niet minder grappige teksten vaak haaks staan op de muzikale stijl, maar vooral ook in de manier waarop de jongens hun stem gebruiken om het fysieke spel aan te vullen.

Wanneer het viertal zich bijvoorbeeld op een vreemde planeet waant, ontstaat er een bijna muzikaal geheel van fysiek, bijna mime-achtig, spel en knappe geluidseffecten gemaakt met niets anders dan de vocale vaardigheid van de spelers.

Humor

Het is soms niet helemaal duidelijk of hun grappen ontwikkeld zijn vanuit een sterk theatraal inzicht of uit een kroeggesprek waarin een van de jongens riep dat-ie wel eens een aap wilde spelen of heel goed het geluid van een samoeraizwaard na kon doen. En dat maakt niet uit. Met hun prachtige techniek, overtuigende spelplezier en eigenzinnige insteek laat Herman in een Bakje Geitenkwark zien waar humor voor bedoeld is: Om te lachen.

‘2’ van Herman in een Bakje Geitenkwark is t/m april 2016 te zien in de Nederlandse theaters.

 

(Titelfoto:  Menno van der Bijl)