Hogescholen keuren voortaan zichzelf, extern toezicht kan veel losser

01-05-2018 20:42

Foto: Henk Pijlman

De voorzitter van de raad van toezicht van de Hanzehogeschool Groningen, Koen Schuiling (VVD burgemeester van Den Helder), heeft in 2017 een melding van ernstige misstanden ontvangen. Misstanden gepleegd onder de formele verantwoordelijkheid van de bestuursvoorzitter Henk Pijlman. Pijlman is lid van de D66 fractie in de Eerste Kamer. De melding was onderbouwd met een uitgebreid professioneel onderzoeksrapport om de misstanden te kunnen staven. De misstanden werden door Schuiling kort na de melding ontkend en van de hand gewezen. En daarmee was voor hem de kous af.

Tot op heden is de bestuursvoorzitter Pijlman – zonder enig ingesteld onderzoek door de raad van toezicht naar de gemelde misstanden – gewoon nog in functie. Ondanks dat naast de raad van toezicht vervolgens ook de externe toezichthouder, de onderwijsinspectie hoger onderwijs, van de misstanden op de hoogte is gesteld. Deze is na de ontkenning en afwijzing van de raad van toezicht op de gemelde misstanden, gevraagd om specifiek onderzoek te doen naar wanbeheer in de omgang met het personeel bij tegenspraak (de minister heeft bij gebleken wanbeheer een aanwijzingsbevoegdheid om te komen tot een eventueel ontslag van een onderwijsbestuurder) en nog belangrijker; falend intern toezicht.

Niet verboden maar wel uiterst dubieus

Schuiling heeft in het verleden eerder met Pijlman samengewerkt. Toen ze beide nog wethouder waren in de gemeente Groningen. Schuiling zelf is in zijn eigen gemeente al meerdere keren in opspraak geraakt over diverse kwesties. Pijlman was als bestuurder betrokken bij de omvangrijke HBO bekostigingsfraude van de Hanzehogeschool in de periode 1999-2003. Waarbij de Raad van State in 2008 bepaalde dat door de Hanzehogeschool een bedrag van bijna € 1.5 miljoen aan ten onrechte ontvangen subsidiegelden terugbetaald moest worden. Pijlman kon opmerkelijk genoeg in 2008 , ondanks dit vonnis over een subsidiefraude, toch gewoon aanblijven van zijn toenmalige werkgever de raad van toezicht.

Tegen die achtergrond is het niet zo verwonderlijk dat Schuiling, het als vriendjes met elkaar kunnen blijven omgaan belangrijker vindt dan het primair zijn van werkgever van Pijlman en het toezicht houden op de instelling. Deze opvatting van Schuiling blijkt expliciet uit het door hem direct bij zijn aantreden gewijzigde toetsingskader(leidraad) van deze raad. De klankbord functie van de raad van toezicht voor Pijlman, is daarin centraal gesteld en niet de waakhondfunctie. Wettelijk niet echt verboden maar wel uiterst dubieus als ernstige misstanden daardoor onopgemerkt blijven (zoals de heimelijk opgelegde geheimhoudingsclausules en zwijgcontracten door de instelling bij ontslag van personeel) of stilzwijgend kunnen worden geaccepteerd….. Bijvoorbeeld omdat politieke belangen soms zwaarder wegen.

Onderwijsinspectie grijpt niet in

Falend en ernstig tekort schietend toezicht door een raad van toezicht dient zwaar gesanctioneerd te worden. Als de overheid en de samenleving niet meer kunnen vertrouwen op goed, integer en betrouwbaar toezicht op een met veel gemeenschapsgeld gefinancierde onderwijsinstelling, inclusief de bezoldiging van de raad van toezicht zelf, dan mag je verwachten dat de externe toezichthouder toch wel zal moeten ingrijpen. Alleen al om geloofwaardig te blijven. En dat is tot nu toe opvallend genoeg (nog) niet gebeurd. Toeval of niet maar ook de minister verantwoordelijk voor de HBO sector en Onderwijsinspectie is van D66 huize. Alle direct betrokkenen bij de instelling zijn nog gewoon in functie. Hoe valt dat te verklaren? In het onderstaande wordt dat uitgelegd.

Slager keurt eigen vlees

De overheid wil hogescholen meer ruimte geven om zelf de kwaliteit van onderwijs en de kwaliteitszorg van de onderwijsprocessen te kunnen bewaken. Zodat het intensief extern toezicht van de overheid aanzienlijk verminderd kan worden. Daartoe is de Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK) ingevoerd welke door de NVAO (Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie) wordt afgenomen.

Slaagt een instelling  voor deze toets, welke voornamelijk is gestoeld op zelf-evaluatie rapporten van de instelling zelf, dan wordt dat beschouwd als een bewijs dat de touwtjes van het externe toezicht door de overheid veel losser kunnen worden gelaten.

Een wel heel bizarre uitkomst

Recent is de Hanzehogeschool glansrijk door de ITK toets gekomen. Dat maakt plotsklaps glashelder waarom een onderzoek naar de gemelde misstanden door Schuiling niet nodig werd geacht.

Een onderzoek waar in de melding wel expliciet om was gevraagd! Zo’n onderzoek zou met de wetenschap van nu, een lopende procedure over het verkrijgen van de Instellingstoets Kwaliteitszorg (ITK) aanzienlijk bemoeilijkt hebben. Een kleine maand na de melding heeft namelijk de eerste officiële bijeenkomst plaats gevonden tussen de NVAO en de Hanzehogeschool. Een voor deze instelling zeer belangrijke bijeenkomst om verzekerd te zijn van minder toezicht van de overheid. En dat bij een instelling met al aantoonbaar ernstig falend intern toezicht… Een wel heel bizarre uitkomst. In dit geval zou juist meer extern toezicht op zijn plaats zijn!

Macht wint het van integriteit

Tijdens deze ITK procedure zijn de gemelde misstanden en het falend intern toezicht voor de NVAO vermoedelijk onopgemerkt en onbesproken gebleven. Hoe betrouwbaar is deze accreditatie geschoeid op zelf-evaluatie dan nog te kwalificeren? Anders gezegd; de slager die zijn eigen vlees keurt! Die vraag zal toch bij de onderwijsspecialisten van de Tweede Kamer en bij de NVAO nu moeten opkomen?

Macht wint het vaak van integriteit. En dat vermoeden speelt in deze kwestie naar mijn vaste overtuiging ook. Ernstige misstanden in een grote onderwijsinstelling volledig in de doofpot kunnen houden. En toch met succes een accreditatie ITK kunnen verkrijgen, toont aan hoe ernstig de gevolgen kunnen zijn als er sprake is van een belangenverstrengeling tussen een bestuurder en zijn toezichthouder. Door het behalen van de ITK is er praktisch dus nauwelijks nog gedegen controle door de overheid op deze instelling mogelijk. Met een nog grotere kans op nog meer misstanden die onopgemerkt kunnen blijven.

Zolang de baantjescarrousel van politici in met gemeenschapsgeld gefinancierde organisaties blijft bestaan zal onoorbare belangenverstrengeling met ver strekkende gevolgen voor onafhankelijk en integer toezicht op die organisaties, altijd aanwezig blijven. Deze praktijkcase over de Hanzehogeschool Groningen toont dat verwerpelijke mechanisme wel aan. De hoogste tijd om iets te doen tegen deze ernstige vorm van schaamteloos machtsmisbruik welke het algemeen belang schaadt. En dat op kosten van de belastingbetaler!

 
Helaas: deze aanbieding is verlopen, maar probeer deze boeken eens